Schweinerei
Mijn vader was een grote fan van de Sportschau op Duitsland I. Elke zaterdagavond om zes uur kwam Ernst Huberty binnen en het was helemaal feest als de wedstrijd van Schalke aan de beurt was. Dat was zijn club, hij had zijn hart verpand aan de Königsblauen uit Gelsenkirchen en die liefde is van vader op zoon overgegaan. Ik was er bij, op 19 mei 2001, toen Schalke zich na het laatste Bundesliga-duel in het Parkstadion vier minuten lang kampioen mocht wanen. Later maakte ik voor De Roskam zaliger gedachtenis een interview met de gebroeders Erwin en Henny ten Vergert, de drijvende krachten achter de fanclub Blau Weiss Enschede. Kenmerkend zinnetje over de onvoorwaardelijke liefde van de supporters en de reden waarom ze naar het stadion gaan: ‘Weil Schalke spielt...’ En ook dit seizoen, dat na de coronabreak als een nachtkaars uitging, was de Veltins Arena elke thuiswedstrijd weer restlos ausverkauft.
Er zit echter ook een kwalijk luchtje aan de Traditions-Verein en dat komt vanuit het hoogste echelon. Of liever gezegd: kwam, want de man in kwestie is inmiddels weg vom Fenster. Ex-voorzitter Clemens Tönnies is letterlijk en figuurlijk een grote smeerlap, die het niet zo nauw neemt met de waarheid in het algemeen en de gezondheid in het bijzonder. Als eigenaar van Duitslands grootste slachtbedrijf, en daarmee de kapitalistische uitbuiter van vooral Oost-Europese slavenarbeiders, is hij hoogst persoonlijk verantwoordelijk voor de uitbraak van het coronavirus in zijn regio Noordrijn-Westfalen. Het is niet de eerste keer dat hij negatief in het nieuws komt. Eerder raakte hij in opspraak met een etikettenzwendel en aanvaringen met de Duitse kartelwaakhond, terwijl hij zich een onversneden racist toonde met een opmerking over het voortplantingsgedrag van mensen op het Afrikaanse continent. De supporters van Schalke mogen, kortom, blij zijn dat ze van deze Schweinerei verlost zijn.
Copyright Peter Bonder.
Kijk ook op www.twentesport.com.