Badpak

Jeroen Snel is een sullige zielepoot die bij de EO behalve als de hofnar van Blauw Bloed ook figureert als de excuushomo met een EHBO-diploma. Onder het zaaddodende motto ‘Je mag het wel zijn, als je het maar niet doet’ volgt hij niet alleen de heilige weg van voor het zingen de kerk uit, wat bij die uitbundig beierende mannenbroeders nog niet meevalt, maar houdt hij zichzelf en zijn jongeheer ook dapper staande als de ideale schoonzoon van de dominee en de ouderling, vooral sinds hij vorig jaar trouwde met zijn vriend Bradley. Geen misverstand: ik gun hem en zijn man alle geluk van de wereld, maar kan hij verder misschien zijn mond houden over een prinses in een badpak? Ik heb namelijk niet het geringste idee dat we op zijn schaapachtige mening over dit onnozele non-issue zitten te wachten. Voor degenen onder u die het gemist hebben: een van de vele leden van ons omvangrijke koningshuis, het burberrybonte glamourensemble dat ons jaarlijks aan bezoldiging, representatie, verkeersboetes en statiegeld een godsvermogen kost, is de oudste dochter van Prins Constantijn en Laurentien van Brinkhorst, dochter van een landbouwminister toen een hoge mate aan kouwe kak in die sector nog als een serieuze aanbeveling gold.

Ze heet Eloise, ze is de vijfde in de lijn van troonopvolging en ze manifesteert zich als influencer op de sociale media, in welke hoedanigheid ze deelneemt aan activiteiten die zich buiten de begrensende afzetlinten van de afgebakende hofhouding openbaren. Tijdens een opname voor een om onverklaarbare redenen populair programma verscheen ze in een badpak op de tv en dat beeld was op het randje van de betamelijkheid, oordeelde Jeroen Snel met de knechtende strengheid van een paternosterende inquisiteur uit de obscure middeleeuwen. Wat was zijn probleem? Had de gracieuze gravin haar kostelijke kroonjuwelen iets te losjes uit de bobbelende boezempartij laten bungelen? Bood ze daarmee aan ons, haar nederige ondergeschikten, een iets te royaal uitzicht op wat we vroeger op z’n johanderksens ‘met de peren over de schutting’ noemden? Of was er anderszins alarm geslagen vanuit de bezorgde voorlichtingskringen van de kruiperige hermelijnwantsen? Niets van dat al. Met een verrassend eensgezinde meerderheid koos het doorgaans preutse plebs partij voor de fysieke vrijpostigheid van hun rondborstige paleisbloem met haar beloken bombonella’s, en dat sterkt mij dan weer in mijn rotsvaste overtuiging dat we pas gaan steigeren als onze koning slechts voorzien van een oranje guirlande om zijn roodwitblauw geverfde willemalexander op het bordes verschijnt, waarna hij er ook nog eens mee gaat zwaaien omdat zulks immers de core business van zijn firma is (‘wuiven’).

Volgens het Geheim van Soestdijk gaat deze traditie, waarvoor intern het codewoord maximaffelen wordt gehanteerd, terug naar de grootvader van onze koning, die aldus uitgedost jaarlijks op Kerstavond een zogenaamd julianaatje langs de talloze open haarden in het paleis maakte, gevolgd door een stoelendans met alle beschikbare hofdames. Ruim een halve eeuw later hebben we te maken met een kanselgeile bijbelpornograaf die het met zijn lamentabele tandenknarserij voor elkaar krijgt dat Patty Brard zich uit misplaatste solidariteit in een buitenboordmodel bungalowtent hijst. Die gruwelijke aanblik had het geplaagde kijkersvolk bespaard kunnen blijven als die sneue Snel gewoon zijn oordeel voor zichzelf en zijn jongeheer had gehouden, net zoals hij dus gedurende heel zijn carrière bij de pilaarbijtende gristendummies met een comfortabele discretie had gezwegen over de mentale ongerieven en fysieke vluchtheuvels van het ondergrondse homoleven in de naam van de Vader (Andries Knevel), de Zoon (Bert van Leeuwen) en de Heilige Geest (Tijs van de Brink). Amen.

Copyright Peter Bonder.

Kijk ook op www.twentesport.com.