Bedlampjes

Theo Eichholtz was een Bloemendaalse ondernemer die vorig jaar op 55-jarige leeftijd overleed. Hij had met hard werken, het nodige geluk en een goede neus voor mode en trends een succesvolle zaak opgebouwd in luxe meubels, lampen en accessoires. Het begon allemaal met een toevalstreffer op Bali, waar hij rond 1991 op zijn scootertje aan het toeren was en vijftien koloniale kasten op de kop tikte die hij naar Nederland verscheepte. Zijn hele vermogen ging er aan, ruim tienduizend gulden, maar het plaveide de weg naar een fortuin dat hem bij zijn overlijden op plek 166 van de Quote 500 bracht met een geschat vermogen van een kleine driehonderd miljoen euro. Met een deel van dat geld wilde hij iets moois nalaten voor ‘zijn’ Bloemendaal: een hospice in zijn statige landhuis aan de rand van het dorp, op een ruim bemeten stuk grond, met een eigen oprijlaan en een royale parkeerplaats, zonder overlast voor de buurt. De gemeente was verguld met het aanbod, niet alleen omdat het ze weinig tot niets zou kosten, maar ook vanwege de grote behoefte aan extra plaatsen voor terminale zieken. En dan is zo’n monumentale villa op een mooie locatie met woon- en logeerruimte voor tien personen natuurlijk zeer welkom. Nou, dus niet. Bloemendaal laat zich weer eens van zijn allerslechtste kant zien met de penetrante stank van de geparfumeerde strontkar vol ‘eigen kak eerst’. Vorig jaar hadden de miljonairs (gemiddelde WOZ-waarde van hun huizen in 2023: 994.317 euro) met succes de komst van asielzoekers in hun reservaat van argwaan, racisme en zwakzinnigheid weten te blokkeren, wat gelet op hun stemgedrag (VVD 32,34%, PVV 10,58%) natuurlijk ook weer geen verrassing is.

De enige buitenlanders die ze wel van harte welkom heten zijn, behalve de hockeyers die ze voor veel te veel oud geld binnenharken, de au-pairs die door paps bij de open haard rustiek ontmaagd mogen worden. En de Poolse tuinman, maar die is voor het verticuteren van mams. Nu zijn ze dus ook mordicus tegen de komst van een geschikte opvangplek waar doodzieke medemensen, vaak zelfs dorpsgenoten, hun laatste dagen in rust kunnen doorbrengen, met comfort, privacy en goede medische zorg. En waarom willen de kakkers dat niet naast hun rieten dak, hun design tuin en hun aangeharkte grindpad? Hou u vast. Er zouden zo nu en dan lijkwagens door de straat rijden, wat mogelijk een ongewenste confrontatie zou zijn voor hun rubbertegelkids, die dus wel elke dag tegen de lopende plasticlijken bij hun aanpalende botoxzombies moeten aankijken. Daarnaast is men bevreesd voor parkeeroverlast en af en aanrijdende auto’s. Alsof er op hun eigen oprijlanen alleen fietsen rijden. Maar het allerergste is toch wel (je verzint het niet) dat er ‘s avonds en ‘s nachts bedlampjes zichtbaar zullen zijn. Bedlampjes, ja. Wat hadden ze dan verwacht? Lampions? Kroonluchters? De boze buurmannen hebben zelfs gedreigd met juridische procedures, waarvoor ze al contact hadden gelegd met hun amices van de hockeyclub, maar de erfgenamen van Theo Eichholtz hebben daar helemaal geen zin meer in en – vooral – het geld niet voor over. Misschien kunnen ze dat beter besteden aan het realiseren van een nieuwe campagne in het kader van de city marketing. Het thema krijgen ze er van mij gratis bij: ‘Bloemendaal. U zou er nog niet dood gevonden willen worden.’


Copyright Peter Bonder.

Kijk ook op www.twentesport.com.