Goede PVV’er?
Ingrid Coenradie is namens de PVV staatssecretaris van justitie en veiligheid en als zodanig een verademing temidden van haar partijgenoten in het kabinet-Wilders: Fleur Agema, Reinette Klever, Marjolein Faber en Vicky Maeijer. Gezamenlijk vertegenwoordigen deze vier bewindsvrouwen zo ongeveer het complete pakket aan menselijke, dus niet per se vrouwelijke onhebbelijkheden van onbenul en onkunde tot lamlendige leegte en cynische desinteresse in combinatie met het gestrekte been in plaats van de uitgestoken hand. Zo niet deze Rotterdamse erfgename van Pim Fortuyn die charme, daadkracht, kennis van zaken en een vermoeden van fatsoen etaleert. Bovendien maakte ze in het parlement bijzonder veel indruk met een persoonlijke getuigenis van wat haar in fysiek opzicht tot twee keer toe aan mannelijk grensoverschrijdend gedrag overkwam. Tot haar portefeuille behoort het gevangeniswezen dat in de veertien premierjaren van Mark Rutte vakkundig gesloopt en vrijwel volledig uitgekleed is. Onder zijn bezielende leiding werden dertig gevangenissen gesloten waardoor ruim zesduizend cellen verloren gingen en bijna drieduizend cipiers hun baan kwijt raakten. Dankzij dit gebrek aan faciliteiten en mankracht lopen nu duizenden veroordeelden noodgedwongen vrij rond wat natuurlijk tegen het zere been is van de PVV in het algemeen en Geert Wilders in het bijzonder. Hij en zijn partij hebben hun staatssecretaris zwaar onder druk gezet waarbij de griezel van dienst in de persoon van Emiel van Dijk er niet voor terugdeinsde om acht man in één cel te laten plaatsen die dan maar staand moesten slapen, een methode die in de Stehbunkers van Auschwitz velen aan een ellendig einde heeft geholpen. Zelf gebruikte de grote blonde leider verbaal geweld om haar van de electorale noodzaak van de harde aanpak te overtuigen, maar ze hield voet bij stuk en vorige week dinsdag werd haar voorstel om een deel van de gevangenen twee weken eerder vrij te laten door de Tweede Kamer aangenomen. Dat gebeurde vrijwel tegelijkertijd met de weigering van haar collega-PVV-minister Marjolein Faber om niet te tekenen voor vijf koninklijke onderscheidingen die een bedreiging zouden vormen voor haar ‘strengste asielbeleid ooit’. En terwijl vrijwel iedereen om haar heen door het lintje ging (mijn welgemeende excuses voor deze wat al te makkelijke woordspeling) trok zij de enig juiste conclusie: ‘Je moet onderscheidingen niet politiek maken, ik had gewoon getekend’. En daarmee komen we, beste lezers, bij de onvermijdelijke vraag: is zij dus een goede PVV’er? Het antwoord is even eenvoudig als duidelijk: nee, natuurlijk niet. Er bestaan geen goede PVV’ers. Ook Ingrid Coenradie is bij haar volle verstand en bewustzijn in 2024 toegetreden tot deze extreem-rechtse, racistische en donkerbruine baggerclub die niets voor elkaar krijgt behalve paniek, chaos en spektakel, minder Marokkanen, minder moslims en minder moskeeën wil, de koran wil verbieden en een kopvoddentaks wil opleggen. Ze is hooguit wat slimmer, nou ja: minder dom. Maar of dat nou zo’n verdienste is? (klik hier)
Copyright Peter Bonder.