Het Wout Nooit Op
De bittere teleurstelling bij Wout Weghorst over het mislopen van de titel met ‘zijn’ Ajax heeft in zijn geboortestreek Twente veel losgemaakt. Niet alleen in Borne, waar hij bij de lokale club RKSV NEO zijn eerste schreden op een voetbalveld zette, maar vrijwel overal tussen Dinkel en Regge leven zeer velen mee met hem in deze zware periode die hij en zijn zo geliefde gezin moeten ondergaan. Onder het motto ‘Houdt je van Woutje’ zijn diverse organisaties, particulieren en sympathisanten in actie gekomen om hem in het kader van de spreekwoordelijke Twentse noaberschap een hart onder de riem te steken, terwijl het bedrijfsleven zich met gulle donaties aan de speciale fund raising-campagne ‘Het Wout Nooit Op’ evenmin onbetuigd laat. Een woordvoerder van de initiatiefnemers spreekt zelfs van een enorm succes waaruit volgens hem blijkt dat echte Tukkers elkaar nooit zullen laten vallen, ‘ook al doen ze heel raar’.
Hier ziet u een greep uit de inzendingen die de ontgoochelde Ajacied bij wijze van troost vanuit zijn ‘oale groond’ tegemoet mag zien. Met de unieke miniatuur uitvoering van de Kampioensschaal Eredivisie 2009-2010, een ambachtelijk kwaliteitsproduct van De Tingieterij uit Alphen aan de Maas, gunnen we Woutje zijn eigen titeltrofeetje waar hij zo hartstochtelijk naar verlangt. Met een diameter van 7 centimeter en de bijpassende luxe houder is dit een stijlvol sieraad als subliem souvenir uit Twente op zijn Amsterdamse schoorsteenmantel. Dankzij de originele pyjama uit de fanshop van de Beugel Bunker gaat een oude jongensdroom van Woutje opnieuw in vervulling: we zijn hier niet vergeten dat hij ons tot vervelens toe liet weten in het nachttenue van FC Twente geslapen te hebben. Met het toiletpapier, vervaardigd uit gerecycled eco-papier en voorzien van het clublogo op elk vel, laten we hem een poepie ruiken en maken we duidelijk dat we schijt hebben aan zijn shit. Oftewel, in gewoon Twents: Wiej loat oons deur oe nich in n tuk drietn. (Voor de goede verstaander: ‘Blieft doar mer en komt um oons nich wier.’)
Copyright Peter Bonder.