Zweepslag

U kent die ervaring waarschijnlijk wel: het gevoel dat de kuit op knappen staat en elk moment kan ‘ontploffen’. Bij mij kwam dat regelmatig voor, met name ‘s nachts, en vrijwel altijd was ik in staat om erger te voorkomen door de tenen naar voren te halen, aldus de ergste druk weg te nemen en vervolgens te wachten tot het over gaat – de beproefde tactiek van de kabinetten Rutte I t/m IV – zoals we die ook vaak op het voetbalveld toegepast zien worden als vooral Zuid-Europese spelers tegen het einde van de wedstrijd met een minimale voorsprong ineens een spontane krampaanval krijgen, ijselijk kermend ter aarde storten en bezorgde teamgenoten energiek aan hun been laten sjorren, intussen met een schuin oog loerend naar het scorebord. Daar was bij mij uiteraard geen sprake van toen het een paar weken geleden op een zaterdagmiddag hopeloos mis ging met een zweepslag die ik (vergeef me de flauwe woordspeling) helaas niet onder de knie kreeg. De gevolgen zijn, behalve het voortdurende gehak van spelden in de tenen en een mes in de hiel, qua mobiliteit dermate vervelend dat er voor deze week twee afspraken zijn gemaakt in Twentse ziekenhuizen. Vandaag mag ik me melden bij de radioloog in Hengelo voor een doppleronderzoek van de bloedvaten door middel van geluidsgolven waarbij de bloedstroom hoorbaar gemaakt wordt met behulp van een penvormig apparaat (transducer) dat op de huid wordt geplaatst, waarna ik me stiekem hopend op een acute stroomstoring gedurende maximaal vijf minuten moet voortbewegen op een loopband. (Lóópband – alleen het woord al.) Tot zover de korte samenvatting, ik moet er om 12.45 uur zijn en mag drie kwartier later weer naar huis, waarna de vaatchirurg me vrijdag in Almelo zal informeren wat de resultaten van het onderzoek zijn en wat er verder met me gebeuren moet. Ik heb er alle vertrouwen in, ook al vanwege een andere recente ervaring met de gezondheidszorg in Twente, toevallig ook op een zaterdag toen ik werd getroffen door een nogal heftige bloedneus die met huismiddeltjes niet te stuiten bleek. Uiteindelijk werd ik ‘s avonds letterlijk en figuurlijk uit de brand geholpen door een vriendelijke KNO-arts die met een soort soldeerpistool de boel vakkundig dichtsiste. Na een week mocht ik weer niezen – nooit geweten dat hooikoorts zo bevrijdend kan zijn.


Copyright Peter Bonder.