Bangalijst
Angela de Jong had woensdagavond bij Goedenavond Nederland op WNL een fittie met een Rotterdamse ombudsvrouw die een bril droeg waarvoor je bij de fietsenmaker zijwieltjes zou kunnen krijgen. Wacht, misschien moet ik even opnieuw beginnen, want het ruzietje ging nou juist over de weinig flatteuze wijze waarop de gevierde tv-critica het uiterlijk van haar opponente had omschreven (suikerspinkapsel, Lee Towers-montuur, bloemetjeskimono). Inhoudelijk was er verder geen touw aan vast te knopen en dat is meteen het voornaamste kenmerk van deze zoveelste babbelbox op onze nationale treurbuis. Zo werd er uitgebreid stilgestaan bij het massaal meezingen van het woordje ‘hoer’ in de hit Engelbewaarder van de zanger die eruitziet alsof hij een buitenformaat potlood heeft doorgeslikt, met de puntenslijper erbij, waardoor er helaas weinig tijd overbleef voor de behandeling van een echt zorgelijk incident als de gepubliceerde bangalijst van het Utrechtse Studenten Corps. Uiteindelijk kwam het er op neer dat dit weliswaar niet netjes was, maar dat we allemaal jong zijn geweest en wel eens dingen hebben gedaan waaraan we later liever niet herinnerd willen worden. Nu ben ik op beide punten een soort van ervaringsdeskundige en ik kan u vertellen dat ik niet met gepaste trots terugkijk op wat er vroeger in onze kleedkamer aan bluf, onzin en laster allemaal langs kwam over de leden van het andere geslacht. Andersom maak ik me geen enkele illusie dat het er bij de dames (niet die van ons natuurlijk) niet minstens zo ranzig aan toe ging. Maar dat was bij hockey, zeg ik er ter verdediging maar even bij. In het voetbal was het nog vele keren erger, toch? Nou, vergeet het maar. We hebben allemaal getuige kunnen zijn van hoe het in de zogenaamd betere kringen de gewoonte is om over vrouwen te praten sinds vier eerstejaars leden van het Utrechtsche Studenten Corps een boekje open deden over de bedprestaties van hun seksuele jachttrofeeën. Zij hadden kennelijk geen boodschap aan de nobele missie van hun vereniging waarbij ik nu even een deel van de introtekst op hun website citeer: ‘Onze kernwaarden – vriendschap, plezier, humor, ontplooiing, ambitie, leiderschap, respect, gelijkwaardigheid en inclusie – vormen het fundament van een betrokken en veilige gemeenschap op basis van respectvolle omgangsvormen’. Ik mag toch hopen dat er bij het begrip ‘veilige gemeenschap’ in ieder geval op z’n minst een deugdelijk condoom om het elitaire lid van de ontplooiende jongeheer gewikkeld zat, maar al te veel vertrouwen mogen we daar niet in hebben, ondanks het feit dat prominente CDA-politici onder wie ex-formateur Herman Tjeenk Willink, ex-premier Jan Peter Balkenende en ex-justitieminister Piet Hein Donner, alledrie tevens benoemd tot Minister van Staat, op de ledenlijst hebben gestaan. In dat licht zou het een goede ontwikkeling zijn als de sperma-emmers op de markt komen met de verspreiding van een bangalijst over de mannen in hun sponde, waarbij te denken valt aan zinnenprikkelende passages als: ‘Het leek heel romantisch, met druipkaarsen op zijn zolderkamer, maar het enige dat droop was een onwelriekende golf van zwavelkleurige pus uit zijn etterende lul’. Kijk, dan ben je gelijkwaardig, respectvol en inclusief bezig. Het staat toch een tikje ongemakkelijk wanneer Floris-Jan als president-directeur van een gerenommeerde beursgenoteerde multinational deze aantekening op zijn CV vermeld ziet. Dat het dus eigenlijk gewoon een lompe hufter is. Volstrekt overeenkomstig ook het deftige motto in de klassieke naamgeving van hun sociëteit ‘Placet hic requiescere Musis’ wat zoveel betekent als ‘Het behaagt de Muzen hier te rusten’ oftewel daar moet een piemel in.
Copyright Peter Bonder.