Integriteit

Zoë Sedney is een Nederlandse atlete die in 2023 slachtoffer werd van grensoverschrijdend gedrag toen ze op Papendal de liefde bedreef met een atleet. Daarbij had ze de pech dat de man behalve een belangrijke kandidaat voor een olympische medaille ook een geweldige klootzak was omdat hij de daad filmde en de beelden verspreidde. Algemeen wordt verondersteld dat het om degene ging die een jaar later samen met Femke Bol, Lieke Klaver en Eugene Omalia inderdaad goud won op de 4 x 400 meter gemengde estafette. Zoë Sedney was daar niet bij, niet als atlete en ook niet als toeschouwer in Parijs omdat ze leed aan een depressie vanwege de manier waarop ze was behandeld: niet alleen door de enorme lul die haar dubbel genaaid had (met mijn welgemeende excuses voor deze onbedoelde woordspelingen) maar ook door de arrogante, vadsige en incapabele hufters van de atletiekbond die niets hadden gedaan met de klacht die ze had ingediend en het vrolijke uitzicht op een sportieve klapper kennelijk zwaarder vonden wegen dan het geestelijke welzijn van een minder bekende atlete, die bovendien vanwege een blessure en de daarop volgende revalidatie relatief lang uit beeld zou zijn. Ziedaar de nationale erfenis van veertien jaar Mark Rutte: horen, zien, zwijgen en dan wegduikend wachten tot het vanzelf overwaait. Sterker nog, toen er binnen de bond serieus werd overwogen om de smeerlap te schorsen vanwege zijn ernstige wangedrag kwam iemand met het tegenargument: ‘Dan ontneem je hem wel zijn broodwinning en ik kan geen argumenten bedenken om dat te doen’. Alsof die vrouw voor een gevulde koek en een pak yoghurt loopt en slecht gedrag dus maar beloond moet worden. Het was weer het bekende verhaal: terwijl de bobo’s elkaar uitbundig op de schouders sloegen en het bier, de borrelhapjes en de bitterballen in de bestuurderslounge niet aan te slepen waren was er niemand die zich om het slachtoffer bekommerde. Vincent Karremans van de VVD was in die periode de verantwoordelijke bewindspersoon voor de sport, maar die zag zichzelf liever bij Humberto Tan met een harde plasser shinen in de medaillespiegel van Parijs. Natuurlijk, geen misverstand: men had voor de vorm nog wel een poging gewaagd om haar aanklacht serieus door te geleiden naar de balie van het politiebureau, maar daar was vanwege de structurele onderbezetting natuurlijk weer niemand beschikbaar en tja, dan houdt het op. Tenminste: als je verder geen moeite doet en geen hogere instantie inschakelt (een staatssecretaris, desnoods een minister), maar ja, die hebben ook belangrijkere dingen te doen zoals deftige beleidsnota’s over integriteit plechtig ondertekenen in het flitsende licht van de camera’s. Want daar zijn we in Nederland wel heel goed in: op heel veel papier en met heel veel woorden pontificaal dicteren hoe het moet. Ik heb het vijftien pagina’s tellende document van NOC*NSF over ‘Sport & Integriteit’ voor u gedownload én gelezen en gelooft u mij: de tranen springen je spontaan in de ogen, niet alleen vanwege de dorre woestijnbrij van het formele klerkenproza, maar ook omdat het containerbegrip ‘integriteit’ er ongeveer om de anderhalve regel in voorkomt, inclusief de titel ‘Winnen met integriteit’ (je moet het maar durven). Enfin, Zoë Sedney loopt weer, maar kijken naar de ‘gemengde estafette’ zal nooit meer hetzelfde zijn. En ik kan u niet verzekeren dat ik het 4 x 400 meter volhoud. Dan maar geen medaille.


Copyright Peter Bonder.