Schaamte
Vanmiddag om 16.00 uur komen kamervoorzitter Martin Bosma van de PVV en de leiders van de verkozen partijen samen in de Max van der Stoelzaal aan het Binnenhof om de uitslag van de verkiezingen te bespreken en een verkenner aan te wijzen. Dit lijkt een normale dienstmededeling, maar dat is het natuurlijk niet. Het contrast tussen de gastheer en de naamgever kan namelijk niet groter zijn: Max van der Stoel (1924-2011) was een gerenommeerde politicus van de PvdA met een internationaal gewaarde staat van dienst als voorvechter van de mensenrechten. Vanwege zijn succesvolle strijd tegen het fascistische Griekse kolonelregime is in Athene een plein naar hem vernoemd. Als socialist redde hij samen met zijn partijvriend Wim Kok de monarchie door de vader van Máxima duidelijk te maken dat hij vanwege zijn bewezen deelname aan het misdadige moordenaarsregime van Jorge Videla niet welkom kon zijn bij de bruiloft van zijn dochter met onze kroonprins. En wie zit daar in de zaal die genoemd is naar deze historische grootheid? Een miezerige racist die kritiek op ons koloniale verleden ‘slavernijgedram’ noemt, enthousiast aanhanger van de omvolkingstheorie en overtuigd anti-democraat aan het hoofd van ons nep-parlement waarvan hij de twee leden (uit zijn eigen partij) weigert aan te pakken die een collega met drekkige AI-rotzooi het leven zuur maakten. Elke nieuwe dag dat dit heerschap op die stoel zit is een verlenging van de schande die aan hem kleeft. Net zoals het een regelrechte aanfluiting zou zijn als dit land zich opnieuw laat gijzelen door een extreemrechtse oplichterspartij die de laatste twee verkiezingen verloren heeft, ons veertien jaar lang heeft opgezadeld met een gewetenloze serieleugenaar zonder geheugen die het stokje heeft overgegeven aan een wandelende föhn op naaldhakken die niets anders weet te verzinnen dan heftig ‘nee’ schudden als anderen wél zinnige dingen zeggen, om de twee zinnen krols kreunend klaarkomt op de bronstige lokroep van ‘de hardwerkende Nederlander’ en bij de begrafenis van haar partij uitdagend staat te heupwiegen alsof haar favoriete voetbalclub de wereldcup heeft gewonnen – wat godzijdank ook al net zo onrealistisch is. Het lijkt er allemaal bij te horen in het bombardement van elitair autisme, selectieve rancune en vadsige ijdelheid waarmee dit glijmiddel van de PVV de rechtse ramkoers van een nieuw kabinet probeert te bepalen. Wanneer zelfs een meinedige recidivist als Henk Kamp, de protocollaire houwdegen van menig parlementaire enquête (gaswinning, toeslagen) weer van stal wordt gehaald dan is de boodschap wel duidelijk in de persoonlijke haatcultus tegen Frans Timmermans. Laten we hopen dat Rob Jetten zijn rug recht houdt en een regering weet te smeden die het fatsoen weer terug brengt, gewoon vakbekwame ministers levert en geen prutsende clowns, wetenschappers, rechters, leraren, kunstenaars en journalisten wel serieus neemt, onderwijs, media en cultuur de vrije ruimte geeft en Nederland van de schaamte verlost. Die hoopvolle toekomst kan meteen al goed beginnen als Martin Bosma bij zijn afscheid (vóór 4 mei graag) het volgende gedicht van Simon Vinkenoog voordraagt:
Faits Divers
ik ben een vreemde in eigen bloed
mijn hartslag klopt aan andere deuren
van het schuim der goden herken ik de kleuren
maar het is ik die mij huiveren doehet zijn de eigen ogen die mij breken
en de stenen
die als ontluikende bloemen
langzaam aan mijn ingewanden groeienik ben verdronken in dit drijfzandlied
van waaruit duizend doden smeken:in dit naaktlandschapp dat leven heet
drijft doodgezongen de tijd uiteen
kringen verleden zonder heden
woorden klanken gestamel
Copyright Peter Bonder.