Yerseke

Yerseke is een Zeeuwse gemeente met ruim zevenduizend inwoners op Zuid-Beveland. De voornaamste kostwinning is de handel in oesters en mosselen, twee snotterige weekdieren die symbool staan voor de glibberige opvattingen van de lokale bevolking. Het dorp telt vijf kerken van gereformeerde, hervormde en vrije evangelische gezindte. Het enige rooms-katholieke gebedshuis, de Sint Anna-kerk aan de Langeville 37, is na de laatste heilige mis op 8 februari 2003 definitief gesloten en sindsdien in gebruik als authentieke pittoreske B&B-accommodatie van de gastvrouwen Maartje en Meintje. De prijs per persoon per nacht bedraagt 109 euro wat me een vrij gepeperd bedrag lijkt voor zo’n achterlijk gat waar je alleen gepekelde oesters en mosselen kunt krijgen. Hè? Waarom gebruik ik nou toch het akelige woord ‘achterlijk’? Nou, dat heeft te maken met de intocht van Sinterklaas die dit jaar alle landelijke media haalde vanwege de aanwezigheid van louter zwarte pieten in het gevolg van de goedheiligman. Voor de clandestiene invasie was uiteraard geen vergunning aangevraagd, laat staan verleend, maar de gemeente kneep stiekum een oogje toe en de reacties waren hartverwarmend: ‘Dit is Yerseke op zijn best. Geen hypocriet gedoe van zeggen dat we met roetveegpieten gaan werken en dan toch zwarte pieten doen. We zeggen gewoon waar het op staat en doen het gewoon, klaar’ aldus een getuige langs de kant. Yerseke op zijn best? Bedoeld wordt hier niets meer en niets minder dan de willekeurige gebruikmaking van de elastische opties die de gereformeerde, hervormde en vrije evangelische geloofsgemeenschappen bieden. We gehoorzamen het gezag, anderen noemen dat hypocriet gedoe, bij ons heet dat zeggen waar het op staat. Kwestie van tradities, nietwaar? Nu ben ik zelf rooms-katholiek opgevoed en daar hebben ze ook zo hun eigen tradities, al liggen die meer in de sfeer van hitsig hunkerende heerooms in knellende kuisheidspijen en de ontluchtende aflaten van misdienaars, koorknapen en wierookdragers. Even los van deze zegeningen des celibaats hebben we verder armzalig weinig meegekregen van de echte geschiedenis. Op de middelbare school kwamen we niet veel verder dan basale kennis over het koloniale product koffie als gezellig pruttelende bijvangst uit de Max Havelaar van Multatuli. Van de slavernij onder de vlag van de VOC, laat staan over de politionele acties in Indonesië, vernamen we vaag de schokkende beelden uit het Polygoon Journaal met het commentaar van Philip Bloemendal. Het is geen excuus, maar misschien een poging tot verklaring voor het feit dat mijn generatie zeer voor zwarte piet was. Zo stond ik nog net niet te juichen toen de Blokkeer-Friezen in 2017 de snelweg barricadeerden om te voorkomen dat demonstranten van de actiegroep Kick Out Zwarte Piet het vestingstadje Dokkum voor het eerst sinds de moord op Bonifatius in 754 weer op de kaart zouden zetten. Daarna raakten we langzaam maar zeker doordrongen van de zuivere bedoelingen waarmee dappere doorzetters als Sylvana Simons en Jerry Afriyie ons probeerden te overtuigen. Blokkeer-Friezen en Treiter-Zeeuwen, het is mooi geweest. Makkers staakt uw wild geraas. Overigens zou dit advies ook mogen gelden voor onze buren in Glanerbrug waar zwart eveneens de kleur van de intocht bepaalde, maar voor dit alleraardigste, vredelievende en oergezellige grensdorp moet ik misschien een uitzondering maken. Ik wil morgen nog wel kunnen tanken in Gronau.


Copyright Peter Bonder.