Slogans
De verkiezing tot Slechtste Slogan van 2025 is gewonnen door ‘Soms zit het mee, soms zit het tegel’ van D.D. Tegelwerken uit Hazerswoude-Rijndijk met 31% procent van de uitgebrachte stemmen. Nummer twee werd ‘Met de juiste sproeier wordt alles nat!’ van R&R Beregeningsinstallaties (20%) uit Lage Zwaluwe, voor ‘Beter dan snuiven... onze pitloze druiven!’ van Boerderijwinkel Akkerhof (12%) in Vaals. Eerlijk gezegd weet ik niet goed wat ik hiervan zal vinden en waarom dit kennelijk zonodig met u gedeeld moet worden. Is het verbaal ramptoerisme? Creatieve zinsbegoocheling? Acute urgentie? Het zal een combinatie van die drie zijn, met iets van verbazende berusting in wat een mens aan beledigingen van een gezonde argwaan, goede smaak en gewone intuïtie te verduren krijgt. Want beledigingen, dat zijn het, zonder enige twijfel. Neem nou de winnaar. ‘Soms zit het mee, soms zit het tegel’: hoe dan? Waar een wil is is een tegel? Zoals het tegeltje thuis tikt tikt het nergens? De eerste klap is een tegel waard? Het is bedacht, het slaat nergens op en het werkt alleen maar tegel, eh… tegen, dus de terechte winnaar. Over de nummers twee en drie hoeven we het dan gelukkig niet meer te hebben. Wel over de nummer vier? Mwah, vooruit, maar eigenlijk alleen vanwege mijn eigen beroepsmatige interesse. Op die plek zien we namelijk Tekstzuster Ursula in Delft voor Eerste Hulp Bij Webteksten. Die laatste toevoeging vergt misschien enige uitleg: bij commerciële uitingen op het internet gaat het er om dat ze Google-proof zijn, met de maximale SEO-waarde (Search Engine Optimization) zodat de zoekmachine ze meteen oppikt. Dat is een kwestie van de juiste content (inhoud) die voor meer traffic (actie) zorgt en van die core business (hoofdactiviteit) heeft Tekstzuster Ursula haar unique selling point (specialiteit) gemaakt. Zo, en nu weer gewoon in het Nederlands: dat brengt ze onder woorden met de slogan ‘De thermometer in je content’. U snapt ‘m niet? Ik wel. Toen ik vier, vijf jaar was zong mijn vader vaak een liedje voor me, dat ging zo: Constant had een hobbelpaard - Zonder kop en zonder staart - Daarmee reed hij de kamer rond - Zomaar in zijn blote… En dan moest ik het overnemen en afmaken door keihard ‘Kont!’ te zingen. Is dat leuk? Nogal, zeker als je vier, vijf jaar bent. Zo leuk zelfs dat ik het na al die jaren nog weet. Mijn vader kon niet zingen, maar teksten had hij wel. En die waren doorgaans slechter dan de slechtste slogan...
Copyright Peter Bonder.